onzeker en verlegen
Iedereen is weleens verlegen of onzeker maar soms heeft een kind er zo vaak last van dat het hem of haar in de weg staat. Niet iedereen is hetzelfde; de een kijkt liever eerst de kat uit de boom, de ander stapt overal onbevangen op af.
Wanneer het kind zich (te) vaak onzeker voelt dan heeft het weinig zicht op zijn of haar eigen talenten en als het niet weet wat zijn of haar talenten zijn kan het kind er niet trots op zijn. Het kind kan deze talenten niet inzetten om oplossingen te vinden of nieuwe (spannende) stappen te zetten. Het voelt zich niet fijn, soms zelfs ongelukkig, wanneer het zo onzeker en verlegen is.
De volgende gedragingen kunnen een aanwijzing zijn:
- het kind is stiller dan andere kinderen
- het zegt weinig of niets
- het spreekt zacht en onduidelijk
- het kind stottert en hakkelt soms
- het past zich (te) gemakkelijk aan aan andere kinderen (doet wat een ander graag wil doen)
- het kind kan zich niet zo goed uitdrukken als het boos, blij of kwaad is
- bij anderen is het kind stil maar thuis wordt het regelmatig boos
- het kind vindt het lastig om oogcontact te maken
Tekentherapie helpt bij het herkennen van talenten. Door gerichte tekenopdrachten zal het kind merken dat er genoeg is waar hij of zij goed in is en dit kan het kind helpen om niet langer onzeker te zijn. Natuurlijk gaat onzekerheid of verlegenheid niet weg, het is normaal dat het kind dit soms zal blijven voelen, het heeft er alleen geen last meer van. Het kind leert er beter mee om te gaan.